Sinds 2019 is in Nederland een touw trekken gaande over het feit of pesticiden in veevoer en koeienmest al of niet de aanwezigheid van insecten op weilanden, waar de mest terecht komt, beïnvloedt en daarmee ook het voedselaanbod voor weidevogels. Mocht dat wel zo zijn, dan heeft Nederland met zijn grote hoeveelheden met pesticiden vervuilde mest een groot probleem. Om insecten en vogelfauna effectief te beschermen zou de mest niet op akkers en weilanden toegepast mogen worden.
April 2019 publiceerden Buijs en Mantingh `Een onderzoek naar mogelijke relaties tussen de afname van weidevogels en de aanwezigheid van bestrijdingsmiddelen op veehouderijbedrijven in Gelderland. In dit onderzoek werden bij 25 veebedrijven 134 verschillende bestrijdingsmiddelen, metabolieten en biociden in mest, veevoer en bodem gevonden. Ook vonden de onderzoekers een negatieve correlatie tussen het aantal mestkevers in koeienvlaaien in het weiland en de opname van insecticiden via het krachtvoer.
Naar aanleiding van het onderzoeksrapport zijn in de Tweede Kamer vragen aan de Minister van LNV, Carola Schouten gesteld.
Het resultaat was dat het LNV Wageningen Environment and Research de opdracht gaf het rapport te verkennen. De conclusie van WEnR was: geen reden tot bezorgdheid over de effecten van pesticiden in mest op het mest- en bodemleven; verder onderzoek is niet nodig.
“In een aangenomen motie wordt LNV in februari 2021 verzocht om onafhankelijk empirisch onderzoek uit te voeren naar residuen van gewasbeschermingsmiddelen in mest, bodem en voer en de effecten hiervan op insecten als voedsel voor weidevogels. LNV heeft de Kamer toegezegd om naar aanleiding van de motie van lid Wassenberg aan de hand van een verkenning te inventariseren of mogelijk sprake is van kennislacunes.
Daarop heeft het ministerie van LNV het Louis Bolk Instituut gevraagd om aan de hand van een verkenning van de wetenschappelijke literatuur te inventariseren of er sprake is van kennislacunes. In hun onderzoeksrapport concluderen de onderzoekers van het LBI onder meer: “op basis van de literatuur is het duidelijk dat bestrijdingsmiddelen in krachtvoer voorkomen, dat mest residuen kan bevatten en dat residuen van bestrijdingsmiddelen in de ontlasting van invloed kunnen zijn op overlevende insecten in mest en bodem. Het wordt daarom aanbevolen om empirisch onderzoek en monitoringstudies uit te voeren om de belangrijkste kennishiaten op te vullen.”
In een brief (24 mei 2022) aan de Tweede Kamer schrijft Minsiter Staghouwer “Ik heb het RIVM gevraagd gehaltes van gewasbeschermingsmiddelen in weidemest (zoals koeienvlaaien) oriënterend te onderzoeken en zal uw Kamer over de uitkomst hiervan dit najaar informeren.heeft nu het RIVM opdracht”
Zie ook het peer-reviewed artikel juni 2022 in Science of The Total Environment `Presence of pesticides and biocides at Dutch cattle farms participating in bird protection programs and potential impacts on entomofauna`
Wordt vervolgd!